Vlaamse meesters in Lierde

Op ‘beevaart’ naar Sint-Jans

Wie een meesterwerk van houtsnijkunst wil bewonderen, hoeft niet noodzakelijk naar Antwerpen, Brussel of Parijs. Het leven van Johannes de Doper is het onderwerp van een magnifiek retabel in de dorpskerk van Hemelveerdegem, een landelijk dorp van 400 inwoners in de schaduw van Geraardsbergen, ook gekend als Sint-Jans-Hemelveerdegem of “Sjechans” of nog “Tsjien-Tsjans”.

Die naam verwijst naar de patroonheilige van de kerk, Johannes de Doper. Die heilige werd aanroepen door de moeders van kinderen met stuipen of met ‘de vallende ziekte’, zoals epilepsie genoemd wordt in de volksmond. Vanaf ten minste 1516 trokken ieder jaar in de periode van 24 juni tot 2 juli grote groepen pelgrims met hun kinderen naar de Sint-Janskerk om er belezen te worden door de pastoor. Daarna maakten ze driemaal een ommegang rond de kerk en werden ze gezegend met het hoofd van Sint Jan. Uit de archieven valt ook op te maken dat die bedevaartperiode samenviel met een grote markt waarop kooplieden van heinde en verre hun waren kwamen aanprijzen. Nu is 24 juni nog altijd de dag waarop de geboorte van de heilige gevierd wordt en is het naar aanleiding daarvan eind juni kermisweekend in Hemelveerdegem.

De Sint-Janskerk ligt aan het Sint-Jansplein, een vierkantige met gras begroeide dries die doorsneden wordt door een bomenrij en omringd is door kleinschalige bebouwing. Ook de gemeenschappelijke pomp waar de dorpsbewoners water konden halen, is nog bewaard. De kerk is een eenbeukige landelijke kruiskerk waarin verschillende bouwfasen te herkennen zijn. Algemeen wordt aangenomen dat men na een houten constructie uit de 10de eeuw, een stenen gebouw in romaanse stijl heeft opgetrokken.

Later werden er op verschillende tijdstippen verbouwingen uitgevoerd, zoals de toevoeging van een gotisch koor en een 16de-eeuwse transeptarm, waarschijnlijk met de bedoeling om ieder jaar een grotere groep bedevaarders te kunnen ontvangen. Begin 20ste eeuw hadden de laatste grote restauratiewerken plaats. De toenmalige pastoor wou zijn kerk aanpassen aan de toen heersende mode, waardoor we nu kunnen spreken van een kerk met een neogotisch karakter. Dat daarbij een aantal waardevolle oudere delen sneuvelden, is spijtig. Gelukkig bleef de oude westtoren bewaard.

retabel in de kerk van Sint-Jans-Hemelveerdegem

De kerkschatten

Het topstuk in het interieur van de Sint-Janskerk is een retabel dat stilistisch hoort in de overgangsperiode van laatgotiek naar vroegrenaissance. Men denkt dat het gemaakt werd rond 1520, al is er in geen enkel stuk uit het parochiearchief ook maar een spoor van de herkomst. Die datering is gebaseerd op één van de figuurtjes, die keizer Karel voorstelt met een keizerskroon en zonder baard. Keizer werd Karel pas in 1519 en bij zijn huwelijk in 1526 had hij reeds een klein baardje.

Ook de kunstenaars zijn onbekend, hoewel er veel hypothesen de ronde doen. Makers in het meervoud want er werken meerdere personen aan dergelijke stukken: iemand voor de metselrie (achtergrond), iemand voor de sculptering van de beeldengroepen, iemand voor het schilderwerk – want retabels waren gekleurd.  Specialisten zien enige verwantschap met het werk van Passchier en Jan II Borreman uit Brussel, maar geen enkel merkteken of archivalische bron licht een tipje van de sluier over het atelier waar het gemaakt zou kunnen zijn.

Ook over de opdrachtgevers is niets teruggevonden. Twee niet geïdentificeerde adellijke figuurtjes in het retabel zouden een voorstelling kunnen zijn van de milde schenkers, maar wie dat zijn is tot op vandaag een raadsel. Het retabel leest als een stripverhaal en stelt vijf episodes uit het leven van Sint-Jan de Doper voor, te beginnen met het doopsel van Christus door Johannes en met aan het slot de miraculeuze ontdekking van zijn hoofd door de benedictijnen. Er is ook plaats voor een reliekbuste van de heilige in de zesde nis.

Naast het retabel zijn er in de kerk ook nog andere kunstwerken te zien, onder andere een prachtige preekstoel in rococo en een echte Gaspar de Crayer.

Sint-Martens-Lierde en zijn kartuize ‘Sint-Maartens-Bossche’

Onze tweede halte is de parochiekerk van Sint-Martens-Lierde, die toegewijd is aan de heilige Martinus. In die deelgemeente van Lierde bevond zich vanaf 1329 een priorij van de kartuizers, ‘Sint-Maartens-Bossche’ genaamd. Die strenge orde bleef er aanwezig tot keizer-koster Jozef II in 1783 met één pennentrek alle in zijn ogen onnuttige ordes afschafte. Een deel van de 18de-eeuwse gebouwen bleef gelukkig tot op vandaag bewaard: het poortgebouw, het gastenverblijf, het priorshuis, de brouwerij, enz. De kerk van het complex (uit 1722) kreeg eind 18de eeuw een nieuw leven als parochiekerk, toegewijd aan de heilige Martinus. Veel (rococo)meubilair en kunstwerken daarin dateren uit de 18de eeuw en zijn een bezoek meer dan waard.

Uitzonderlijk zijn de zes schilderijen op doek uit de 18de eeuw die ingewerkt zijn in de kleurrijke lambrisering achteraan in de kerk, onder het doksaal.  Ze stellen taferelen voor uit het leven van de heilige Bruno en ook uit het evangelie (Handelingen van de apostelen).

De reeks begint met Bruno’s weigering om van de paus de bisschopsmijter aan te nemen. Dat is op zich niets speciaals gezien de context maar het merkwaardige eraan is dat ze geschilderd zijn door een vandaag wat vergeten kunstenares: Elisabeth Seldron. Hoewel de kartuizers bekend staan als een van de strengste ordes ter wereld en vrouwen er absoluut niet welkom waren, zijn deze doeken gemaakt door een vrouw!

Elisabeth Seldron, kunstenares

Over Elisabeth Seldron is niet zoveel bekend. Zij was de echtgenote van de Brusselse beeldhouwer Nicolaas Simons en begon in 1701-1702 als vrijmeester bij het Brusselse schilderambt. Vanaf 1735 was ze werkzaam aan het hof van aartshertogin Maria Elisabeth van Oostenrijk in het 18de-eeuwse Brussel. Zij is vooral bekend van

landschappen en genretaferelen. Hoe het mogelijk was dat zij in de kartuize aan het werk ging, is tot op vandaag een raadsel. Feit is dat een aantal van de aanwezige werken door haar gesigneerd zijn met haar naam en titel en er dus geen discussie mogelijk is over de herkomst.

De kartuizers ontdekken

De kartuizerorde werd in 1084 opgericht door de H. Bruno in het Chartreusegebergte bij Grenoble (Frankrijk). Het is een contemplatieve orde van kluizenaars die samenleven in afzondering. Zij kende een eerste bloeiperiode in Frankrijk in de 12de-13de eeuw en breidde zich vervolgens uit over heel Europa. In België had een eerste stichting plaats in Herne (Vlaams-Brabant) in 1314. De stichting in Sint-Martens-Lierde volgde in 1329, zoals hierboven gezegd. Ze houden er een speciale levenswijze op na, die tot uiting komt in het plan van hun kloosters. Wie meer wil weten over deze vrome monniken, kan de in 2005 gemaakte documentaire “Die große Stille” (Engelse titel: Into great silence) van de Duitse cineast Philip Gröning bekijken of – beter nog – meegaan met Post Factum naar Lierde!

Carine De Vos

Bronnen:

  • Agentschap Onroerend Erfgoed 2019: Parochiekerk Sint-Jan de Doper [online] https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/74240 (geraadpleegd op 31-08-2019
  • S.N. 1993: Sint-Jans-Hemelveerdegem, Projectgroep Cultuur Lierde.
  • G. VAN BOCKSTAELE 1998: Hemelveerdegem, de Kerk en het Sint-Jansretabel ca. 1015 tot heden, Lierde.
  • C. DE VOS. 1989: “Het roemloze einde van de kartuizerpriorij te Sint-Martens-Lierde” in Het Land van Aalst, afl. 41
  • S.N. 1995: Sint-Martens-Lierde, Projectgroep Cultuur Lierde.
  • C. DE VOS en W. SCHAUBROECK 1987: De kartuizers in Sint-Martens-Lierde. Waarheid en Fiktie.
  • Route Geraardsbergen-Lierde, Verborgen meesterwerken in de Vlaamse Ardennen https://vlaamsemeestersinsitu.be/nl/node/149 (geraadpleegd op 31-08-2019)